Alpiene Tochtleiders – een opleiding die twee stappen verder gaat
Om in aanmerking te komen voor het ATL3-certificaat, moeten onze reisleiders iedere drie jaar verplicht op herhaling in de Alpen. Tijdens de opleidingsweek Alpiene Tochtleiders gaan ze in kleine groepjes aan de slag, steeds begeleid door een ervaren opleider. Zoals eind juni 2025, toen er een week werd gewerkt op zo’n 2900 meter hoogte in het Parco Nazionale dello Stelvio, het grootste nationale park van Italië, met de 3905m hoge Ortler als hoogste en markantste top.
Elke dag hadden opleiders Bram en Pierre ieder vier reisleiders onder hun hoede. Niet dat ze ze dan bij de hand nemen, integendeel: het zijn de reisleiders die de tochten steeds bij toerbeurt moeten leiden, zonder hulp van navigatie-apps op de telefoon. Over rotsen, stenen, sneeuw en ijs navigeren ze de rest van de groep met kaart en kompas over een door henzelf voorbereide route, soms ook zonder pad, dwars door alpien terrein.
Pierre: ‘We gaan in een opleidingsweek één of twee stappen verder dan de reisleiders ooit met een SNP-groep zullen doen.’ Het is ook niet voor niets dat de opleidingsweek zo vroeg in het seizoen gepland staat. Dan moeten er normaal gesproken sneeuwvelden worden overgestoken. En sneeuwvelden zijn er zeker in juni. Voorbij Rifugio Martello (2610m) verdwijnt het pad onder een dikke laag wit. Nadat de reisleider van het moment het terrein heeft verkend, geeft hij de instructie om met één lange pas de sneeuw op te stappen: ‘Vlak langs de kant zitten vaak smeltholtes onder de sneeuw, daar zak je snel doorheen.’