Roadtrippen door de ruige Outback
Via de Flinders Highway rijden we vanaf Townsville naar het hartje van Australië. Langzaam verandert het landschap in dat van de Outback. De immense Outback beslaat zo’n driekwart van Australië en is gelegen in de staten Northern Territory, West-Australia, Queensland, New South Wales en South-Australia. The Red Centre, gelegen in de zuidelijke woestijnregio van de staat Northern Territory, wordt door velen gezien als het bekendste deel van de Outback en is bekend om haar rode rotsen en rood zand.
Je kunt hier uren rijden zonder nauwelijks mensen tegen te komen. Met soms meer dan 500 kilometer tussen de tankstations zijn de twee extra jerrycans met diesel onmisbaar geworden. Dit is wel de laatste plek waar je zonder brandstof wil komen te staan.
De wegroestende autowrakken in de berm tonen aan dat dit net iets te ver van huis is voor de Australische ANWB. Ruige woestijn en steppelandschap wisselen elkaar af. We kijken kilometers ver weg. Wat een indrukwekkende wereld! Twee dagen en 1.540 kilometer verder komen we de eerste grote afslag tegen, bij Warumungu. We rijden de Stuart Highway op.
De Stuart Highway doorkruist heel Australië en is met z’n 2.834 kilometer een van de belangrijkste wegen van Australië. Op naar het geïsoleerde Alice Springs. Een kaarsrechte weg, waar geen einde aan lijkt te komen. In totaal rijden we 3 dagen non-stop.
Zo nu en dan dendert er een 55 meter lange truck voorbij, de zogenoemde ‘road trains’. Koeien, stieren, kamelen en emoes lopen langs de weg. In het donker rijden is hier zeker niet verstandig. Zodra de zon ondergaat, is het echt pikkedonker in de Outback. We hebben dan wel een flinke bullbar, maar zo’n grote stier willen we toch liever niet voor de auto.
Slapen onder de sterren
De zonsondergangen zijn echt adembenemend mooi. Het kleurenpalet dat zich iedere avond rond zes uur aan de horizon vormt, is bijna onwerkelijk. In combinatie met de uitgestrekte droge vlakte en hier en daar een uitgedroogd boompje maakt dat we iedere avond weer onder de indruk zijn en keer op keer onze spiegelreflexcamera erbij pakken. Zodra de zon ondergaat, is het tijd om een plekje te zoeken waar we ons ‘kamp’ opslaan.
Onze 4×4 trotseert met gemak de meest moeilijke begaanbare wegen. Door mul rood zand, duinen en over rotsen. We komen op de mooiste plekjes. Even opletten dat we niet te dicht bij het water staan vanwege krokodillen, en zorgen dat we beschut staan tegen de wind die in de Outback plots flink op kan steken.
In een paar minuten hebben we de rooftoptent uitgeklapt. Tijd om te koken en hout voor een vuurtje bij elkaar te sprokkelen. We zitten bij ons kampvuur en kunnen letterlijk urenlang naar de sterrenhemel kijken die, doordat er weinig lichtvervuiling is, echt immens is. Je hebt bijna het gevoel dat je de Melkweg aan kunt raken. Geluksmomentje!
Uluru: kleurenpalet
Daar zitten we dan tijdens de zonsondergang. Op het dak van onze Toyota, te kijken hoe de kleuren van Uluru van bruin, naar oranje, naar rood veranderen. Hij lijkt wel licht te geven. Met een rood wijntje in de hand is het plaatje compleet. De geluksmomentjes volgen elkaar snel op hier in de Outback! Waar we van te voren nog de twijfels hadden of het de lange rit wel waard was, was daar nu al geen twijfel meer over mogelijk.
The Valley of the Winds Walk
De legendarische Uluru is gelegen in het Uluru-kata Tjuta National Park. Maar de indrukwekkend rots is niet de enige monoliet hier in het hartje van Australië. Zo’n 50 kilometer van Uluru ligt het (volgens ons mínstens net zo mooie) Kata Tjuta, dat volgens de Aboriginals ‘veel hoofden’ betekent. Deze groep monolieten wordt ook wel ‘The Olgas’ genoemd. De hoogste rots is de Mount Olga en met haar 546 meter hoogte is ze een stuk hoger dan Uluru.
We trekken onze wandelschoenen aan en lopen de 7 kilometer lange indrukwekkende ‘Valley of the Winds Walk’. De hike voert ons langs diepe kloven en valleien. We lopen letterlijk tussen de Olgas door. De wind fluistert door de vallei. Een groot deel lopen we in de schaduw. Wat door de warmte zeker niet verkeerd is. Het is dan wel bijna winter, maar de temperaturen lopen overdag nog steeds tegen de 30 graden aan.
Rim Walk naar de Garden of Eden
Met een stofwolk achter ons latend rijden we naar Watarrka National Park, waar Kings Canyon ligt. Door de corrugations in de weg hebben we het gevoel dat de hele auto uit elkaar trilt. We laten lucht uit de banden en vinden uiteindelijk de juiste snelheid waardoor we, voor zover mogelijk, vloeiend over de corrugations rijden.
De Rim Walk loopt rondom de Kings Canyon. Op het begin meteen een pittige klim, maar we worden beloond met een spectaculair uitzicht over de uitgestrekte rode Outback.
Halverwege dalen we af in de kloof, met haar 300 meter hoge wanden. We lopen door de Garden of Eden, een oase met een grote diversiteit aan groene vegetatie. Wat een contrast met de droge en rode omgeving. Aan het einde van de kloof komen we uit bij een waterhole. Door het stilstaande water weerspiegelt de enorme roodbruine wand van de kloof in het water. We zouden hier uren kunnen blijven zitten.
Via een offroad weg rijden we door de MacDonnell Ranges terug naar Alice Springs. Rode uitgestrekte vlaktes, steppe, kloven en tafelbergen wisselen elkaar af. De witte Gumtrees sieren het landschap.
Hier rijden in onze 4×4 en ’s avonds slapen in onze rooftoptent onder de sterrenhemel, dat is voor ons echt het ultieme gevoel van vrijheid. We zouden nog maanden zo kunnen reizen! Wat een land! Wil jij alvast een beetje proeven van de sfeer tijdens zo’n gave roadtrip? Bekijk dan onderstaand filmpje en ervaar The Outback in vogelvlucht!
De vijf indrukwekkendste ervaringen in The Red Centre
- Hike door kloven en valleien en ga op zoek naar Wallaby’s en Gekko’s.
- Kampeer bij de Devils Marbles, een indrukwekkende rotsformatie ten noorden van Alice Springs
- Geniet van de indrukwekkende zonsondergangen en zonsopgangen
- Slaap in een tent onder de mooiste sterrenhemel
- Breng een bezoekje aan het Aboriginal Australia Art and Culture Centre in Alice Springs en leer meer over de cultuur en geschiedenis van de Aboriginals