Moet je veel reizen voor je werk?
Ha, mág ik veel reizen? Ik ben eigen baas, dus dat bepaal ik gelukkig helemaal zelf. In dit beroep ben je veel onderweg. Een paar keer per jaar bezoek ik sterrenkundecongressen, in ieder geval altijd in de VS waar elk jaar in januari het grootste congres van de wereld wordt gehouden. Voor mijn boeken ga ik op bezoek bij observatoria over de hele wereld. Amerika, Chili, Australië. Altijd op bijzondere plekken. Soms midden in de woestijn. Als ik er dan toch ben, probeer ik er meteen een paar dagen vakantie aan vast te knopen. Low budget, want het moet wel betaalbaar blijven.
Hoe reis je dan rond?
De meeste gebieden waar ik kom, zijn enorm uitgestrekt. Met de beperkte tijd die ik heb, is wandelen of fietsen haast onmogelijk. Ik stap dus het liefst in de auto om mezelf te verliezen in een heel groot, weids, leeg landschap. Een jaar geleden was ik op een congres inSeattle. Na afloop heb ik een auto gehuurd en ben een week lang op de bonnefooi door de staat Washington gereden. Ik had wel een lijstje met hoogtepunten, maar verder reisde ik zonder een echt schema. Hoe ruiger het werd, hoe mooier ik het vond.
Reizen zonder echt doel, is dat wat je het liefste doet?
Eind 2009 ben ik in mijn eentje in vier maanden van Alaska naar Vuurland gereisd, een idee dat al heel lang borrelde. Ik deed het deels in een auto, maar heb ook hele stukken met het openbaar vervoer gereisd. Overnacht in goedkope, vaak primitieve hotelletjes. Een waanzinnige reis, een roadtrip bijna. Ik had niets voorbereid. Alleen een enkeltje gekocht naar het beginpunt in Fairbanks. Verder vier maanden helemaal niets vastgelegd. Als ik het na een paar weken zat zou zijn, kon ik zo naar huis. Maar het was briljant, het werd alleen maar leuker.
Wat maakte die trip zo bijzonder?
Mentale rust. Tijdens die vier maanden ontdekte ik dat dit was wat ik echt wilde. Het was ook een soort keerpunt in mijn leven. Voor die tijd stond dat in het teken van studeren, opgroeien, een baan zoeken, een relatie krijgen, kinderen opvoeden. Het gevoel de hele tijd bezig te zijn voor anderen. Niet dat dat vervelend was hoor, helemaal niet zelfs. Maar iets doen wat helemaal puur vanuit jezelf komt, zonder er over na te hoeven denken of te overleggen met anderen: heerlijk! Het was ook echt reizen, geen vakantie. Tijdens een vakantie ontdek je een bepaald gebied heel goed. Bij reizen gaat het meer om het proces, niet om de plek waar je heengaat.
Maar je kunt niet altijd vier maanden weg?
Helaas niet. Daarom ben ik na die trip ook lange-afstandwandelingen gaan maken. In etappes, want ik kan niet zo makkelijk weken achter elkaar weg. In een paar jaar tijd heb ik het hele Pieterpad gelopen. Dan gaat er overdag geen telefoon aan, heb ik geen internet. Niemand hoeft iets van mij. Het is misschien hetzelfde gevoel als thuis op het balkon gaan zitten niksen, maar dat kan ik niet. Ik moet wel bewegen. Op de Sint Pietersberg eindigde het Pieterpad en gaat als GR5 verder naar Nice. Het vormde een nieuw begin, ik heb de eerste 65 km er alweer opzitten. Ooit wil ik wel in Nice eindigen, maar het is geen moeten. Het is vooral een prettig vooruitzicht te weten dat je er af en toe een lang weekend of week uit kunt breken. Ik zie het als een uitlaatklep.
Werd het vroeger gestimuleerd om de kant van de sterrenkunde op te gaan?
Het werd zeker niet de kop ingedrukt, maar er was ook geen enorme belangstelling voor. Mijn vader vond het wel leuk, die had in zijn jeugd ook een korte sterrenkundebevlieging gehad. Ergens had hij een boekje liggen over sterrenkunde. Dus hij vond het wel interessant, maar zag het zeker niet als een beroep. Bij mij begon het als hobby.