Andalusië

4x wandelen in Andalusië

Is het koud, donker en guur in Nederland? Ga naar Andalusië in het zuiden van Spanje! Daar kun je zeker acht maanden per jaar fantastisch wandelen met een buitengewoon aangenaam zonnetje in je nek.

Andalusië is groot; Nederland past er bijna twee keer in. De mogelijkheden voor tochten in één van de zonnigste regio’s van Spanje zijn dan ook ongekend. Er is altijd wel een gebied te vinden waar de weeromstandigheden perfect zijn voor een heerlijke wandelweek. 

In dit artikel geven we je een aantal verrassende suggesties in heel verschillende gebieden. Waar gaat je wandelhart sneller van kloppen? Groene bossen, besneeuwde bergflanken, uitgestrekte woestijnvlaktes, ruige klifkusten, rollende heuvels.

Andalusië vier keer anders met één gemene deler: heerlijk zonnig wandelweer, smakelijke tapas en koele wijn op een intiem dorpspleintje en iedere dag een ander verrassend landschap. En als kers op de taart: Andalusië heeft prachtige oude steden waar je na een week wandelen nog even kunt ‘nazomeren’!

Alpujarras

Las Alpujarras, het groene en ‘zachte’ landschap ten zuiden van de hoge toppen van de Sierra Nevada, is naast verschrikkelijk mooi, ook cultureel zeer interessant. In dit deel van Spanje kwamen de Moren in 710 aan land en trokken zich terug tijdens de Reconquista; het terugveroveren van Spanje door de christenen op de Moren. Tijdens hun aanwezigheid van ruim 700 jaar, bouwden de Moren dorpen en moskeeën, legden irrigatiekanalen (acequias) aan en maakten het land vruchtbaar door fruit, olijf- en amandelbomen te planten en akkers te bewerken. Hun sporen zijn vandaag de dag nog volop zichtbaar in het landschap.

In de Alpujarras beginnen veel verrassende rondwandelingen vanuit één van de hooggelegen Andalusische ‘witte dorpen’ die het gebied wereldwijd vermaard maken: Capileira, Bubión, Pampaneira of Trévelez. Dat laatste dorp, het hoogstgelegen (1472m) dorp van Spanje, wordt tevens gezien als hét centrum van de beroemde jamón serrano. De wandelingen lopen veelal door ruige kloven, langs watervalletjes en vruchtbare akkers en door boomgaarden en plukken bos. De uitzichten onderweg zijn verpletterend mooi. De Alpujarras ligt aan de voet van de Mulhacén, met 3479 meter de hoogste top van de machtige Sierra Nevada en de op één na hoogste berg van Spanje. Op een kraakhelder dag is zelfs de kust van Marokko te zien! Kies je voor de wintermaanden januari of februari, dan staan overal de amandelbomen uitbundig in bloei en schitteren op de achtergrond de besneeuwde toppen van de Sierra Nevada.

Een wandelreis door de Alpujarras is overigens zeer goed te combineren met een bezoek aan de heerlijke stad Granada met het beroemde Alhambra als cultureel hoogtepunt.

Beste seizoen voor de Alpujarras: maart-juni en september-oktober.

Bekijk hier een SNP groepsreis naar Alpujarras.

 Foto: Jan Mark Moquette

Sierra de Grazalema

In de streek ten noordwesten van Málaga ligt een aantal zeer fraaie natuurgebieden; het Parque Natural de los Alcornocales, het nieuwe nationaal park Sierra de las Nieves én de Sierra de Grazalema.

In de ‘kleine’ Sierra de Grazalema valt vooral het intieme maar tegelijkertijd ook ruige berglandschap op. Delen zijn begroeid met zeldzame Pinsapo (Spaanse zilverspar) die alleen in dit zuidelijke puntje van het Iberisch schiereiland voorkomt. Het vaak groene gebied (in de herfst en winter regent het in heel Spanje nergens meer dan hier!) kent een verbluffende rijkdom aan planten en bloemen; een deel van de flora komt zelfs alleen in de Sierra de Grazalema voor.

Het stadje Grazalema vormt voor iedere wandelaar een ideale standplaats. Het is een levendige plek met een prettige sfeer, een verrukkelijk zonnig plein, de Plaza de España, met fijne terrassen en goede restaurants met lokale specialiteiten. Vanuit het dorp maak je heerlijke wandelingen in de richting van ‘huissierra, Sierra del Endrinal of beklim je de hoogste top van het gebied, de Torreón (1654m). Iets verder naar het noorden is de spectaculaire afdaling in de ruige Gargante Verde een aanrader. Op de hoge rotsen in de kloof broedt de grootste kolonie vale gieren van Spanje.

Meer naar het zuiden vormen Benaocoaz en Ubrique fijne uitgangspunten voor een wandeling. De tocht door een groen en waterrijk gebied naar Montejaque is één van de hoogtepunten voor wandelaars in de Sierra de Grazalema.

Maar nóg mooier misschien is de aankomst in Ronda. De stad schittert dankzij de Puente Nuevo, een stenen brug die vooral van onderaf zeer spectaculair oogt. Wie langs El Tajo, de indrukwekkende kloof waar de rivier Guadalevín doorheen stroomt en die de stadsdelen Mercadillo en La Ciudad van elkaar scheidt, naar boven klimt, beleeft een onvergetelijke wandelervaring!   

Beste seizoen voor de Sierra de Grazalema: maart-mei en september-november

Bekijk hier een SNP reis naar Sierra de Grazalema

Gabo de Gata

De Cabo de Gata (Poezenkaap, maar de naam is afgeleid van agata, het edelsteen agaat dat hier ooit werd gewonnen) is een ideale bestemming voor wandelaars die houden van mooi weer en rust. Het gebied ligt ten oosten van de stad Almeria en is één van de weinige delen aan de Andalusische kust die nìet zijn volgebouwd met hotels, restaurants en glazen kassen. Sinds 1997 heeft het de status van beschermd natuurpark.

Bovenal is de Cabo de Gata een zeer bijzonder landschap met een unieke sfeer die je nergens anders in Andalusië aantreft. Het kale vulkaanlandschap staat bij nader inzien vol cactussen, agaves en palmbomen. Langs de kust liggen ruige rotskliffen, maar ook geweldige stranden waarvan de Playa de los Genoveses de beroemdste is. Dit ruim 1 kilometer lange strand is écht ongerept; je vindt er niets anders dan zand en stilte. Ook kleinere, intiemere stranden vind je aan de kust van de Cabo volop. Op één van die stranden werd ooit een scène van de film Indiana Jones and the last crusade gedraaid!

De Cabo de Gata is geen enorm gebied, maar op die ‘kleine’ oppervlakte vind je naast kale en droge vlaktes óók plukken bos met aleppodennen, toppen tot 500 meter, machtige dalen en verrukkelijke paden. Daarnaast is het ‘dorp’ Cabo de Gata zelf een walhalla voor vogelaars. Op de Salinas de Cabo de Gata strijken jaarlijks duizenden flamingo´s, kraanvogels en purperreigers neer om op de zoutvlaktes pal aan zee te overwinteren en foerageren. De Gabo de Gata is het droogste en warmste deel van Andalusië en dus een geweldige bestemming voor het hele jaar. San José en de kleinere kustdorpen Las Negras en Agua Amarga of het oude mijndorp Rodalquilar zijn logische standplaatsen voor vele verrassend mooie dagwandelingen. Het is waar, wie eenmaal een bezoek aan de Cabo de Gata gebracht, blijft er terugkomen!

Beste seizoen voor de Cabo de Gata: oktober – april

Bekijk de SNP reis naar Cabo de Gata

Sierra de Aracena

Het natuurpark Sierra de Aracena y Los Picos de Aroche ligt in de uiterste noordwesthoek van Andalusië, op nog geen 1,5 uur rijden boven Sevilla, de hoofdstad van Andalusië. Het gebied bestaat uit drie bergruggen. Niet heel ruig en ook niet heel hoog, maar heerlijk groen, rustig en afwisselend. Is Sevilla één van de heetste steden van Europa, de Sierra de Aracena voelt meteen een stuk aangenamer. Perfect terrein voor wandelaars!

Typerend voor het gebied zijn de dehesas, uitgestrekte en ommuurde vruchtbare gronden, begroeid met o.a. kurkeiken, steeneiken en olijfbomen. Het is het domein van het beroemde zwarte Iberische varken, de cerdo Ibérico, die na een goed leven van struinen, in de modder rollen en eikels smikkelen de boterzachte jamón Ibérico levert. Samen met een goed glas regionale rode wijn is dit een ware delicatesse.

De Sierra de Aracena is vooral kleinschalig gebleven. Witte dorpen als Alàjar, Linares en het heerlijk levendige stadje Aracena zijn allemaal met elkaar verbonden door met keien geplaveide ezelpaden. Veel wandelingen in het gebied lopen over die antieke paden, langs groene moestuinen en fruitboomgaarden en door uitgestrekte landerijen met eikenbossen. Op veel wandelingen kun je halverwege neerstrijken op een zonovergoten terras en genieten van een café con hielo (koffie met een ijsklont). Verrassend zijn ook de wandelingen langs kabbelende riviertjes en beken, want water borrelt in de Sierra de Aracena op veel plekken uit de aarde op.

Natuurlijk mag een bezoek aan Sevilla niet ontbreken als je de Sierra de Aracena bezoekt. Een heerlijke stad waar je makkelijk een paar dagen kunt doorbrengen. Met een bezoek aan de Alcázar, de kathedraal María de la Seda, de vele parken en  natuurlijk voor het geweldige lekker eten en drinken!

Beste seizoen voor de Sierra de Aracena: februari-mei en september-november

Bekijk hier de SNP reis naar Sierra de Aracena

Tekst: Roel van den Eijnde

Foto: Lisa Kroon