Aankomst in Bolulla aan de voet van de Sierra de Bernia net buiten de invloedssfeer van de mediterrane kust. Je wordt vanaf het tramstationnetje van Olla de Altea opgehaald en naar de eerste accommodatie bij Bolulla gebracht. 

Op deze eerste wandeldag maak je een afwisselende maar pittige rondwandeling naar het hoog gelegen Moorse fort van Bernia. Eerst daal je af naar de watervallen van Algar, waar je, tegen betaling, een kijkje kunt nemen, of een verfrissende duik kunt nemen in de natuurlijke poelen. In de vallei zie je de mispelboomgaarden die met netten overspannen. Dan wacht je een onverharde weggetjes en een slingerend, stenige paadje naar de restanten van het fort van Bernia, dat in 1612 verwoest werd. Na de inspannende klim kun je hier genieten van het uitzicht over de kustlijn van de Costa Blanca.  Dan keer je via dezelfde route terug naar Bollula. Na de lange afdaling terug naar de Fonts de Algar wacht je nog een laatste klim over een stil weggetje naar het mooi gelegen hotel.

Wandeling: 18,5 km, 920m stijgen en dalen (hoofdroute), 7 uur.

Na het ontbijt zet je je bagage klaar voor het vervoer naar de volgende overnachtingsplek en neem je afscheid van de fraaie accommodatie waar je de eerste dagen verbleef. De wandeling begint met een korte afdaling naar het dorp Bolulla. Door de citrusboomgaarden van Bollulla klim je eerst stevig tussen de hoge kalksteenformaties van de Barranco del Riu Negre en dan verder tegen de flanken van de markante Penya de Castellet. Je loopt gedeeltelijk via een oud postbodepad, dat in ere is hersteld voor wandelaars. Naarmate de wandeling vordert wordt het terrein vlakker en verandert het landschap. Onderweg kun je ook nog een kijkje nemen bij de markante rotsbogen van Els Arcs (1,2 km en een half uur extra). Eenmaal op de pas krijg je zicht op het dorpje Castell-de-Castells, omgeven door olijf- en amandelboomgaarden en frisgroene dennenbossen. Dit is het einddoel van vandaag en je verblijfplaats voor de komende drie dagen. Je verblijft in het centrum van het dorp in een pension met bijzonder gastvrije eigenaren.

Wandeling 18,5 km, 710m stijgen en 450m dalen, 7 uur.  

Vanuit Castell de Castells mag een rondwandeling over zandwegen en veepaden omhoog naar de Moorse burcht El Castellet, gelegen op een pas van 1050 meter hoogte, niet ontbreken. Hier heb je een indrukwekkend uitzicht naar alle windstreken: het stuwmeer van Guadalest en witte dorpjes met klinkende namen als Benifato, Benimantell en Beniarda in het zuiden de kam van de bergrug van de Sierra de Serella. Aan de westkant zie je de piek Mallá del Llop liggen.

Wandeling 13 km, 550m stijgen en dalen, 5 uur

Na het ontbijt word je weg gebracht naar de ingang van de kloof Malafí en maak je een prachtige wandeling door de stille kloof terug naar Castell de Castells, een prachtige tocht door een verlaten en spectaculair gebied. Onderweg passeer je een plek met 7000 jaar oude rotstekeningen. De wandeling eindigt over een mooi aangelegd pad over de flank van de vallei van de Riu Castells.

Wandeling 18 km, 310m stijgen en 460m dalen, 6 uur.  

De tweede verplaatsingsdag van deze wandelweek bestaat uit een wandeling door een stil gebied waarbij je twee heuvelruggen oversteekt. Eerst klim je door een stil landschap waar je hooguit wat schapen en een herder tegenkomt en volg je een route die al eeuwen gebruikt wordt door schaapskuddes die van de wintergronden naar de zomerweiden in de bergen trekken. Nadat je de vallei van de Riu Castell bent overgestoken wacht de tweede klim die je via rustige verharde en onverharde weggetjes en een prachtig pad tegen de weelderig begroeide berghelling naar een 770m hoge pas in de Sierra de Penyal brengt. Van daar daal je af naar het dorpje Benimaurell, waar je in een goed hotel verblijft, dat net buiten het dorpje op een heuveltje ligt waar vroeger een Moors kasteel op pronkte.

Wandeling 17,5 km, 740m stijgen en dalen, 6 uur. 

De rondwandeling die je vandaag maakt, behoort tot de mooiste wandelingen die je in deze regio kunt maken! Nu al een klassieker! De wandeling heeft klinkende bijnamen als 'De Route van de 10.000 treden’ en ‘La Catedral del Senderisme’ ofwel de Kathedraal van de Wandelingen. De route voert je vanuit Benimaurel via een mooi aangelegd slingerend pad naar de bodem van de Kloof van de Hel. Het pad voert door een grot en je passeert de waterval van Fleix (die vooral in de winter en het vroege voorjaar water heeft). Als je de stenige bodem van de vallei bent overgestoken wacht de eerste van drie klimmen: naar ene paar verlaten boerderijen op het plateau van de Serra del Cavall. In de verte zie je bij helder weer de Middellandse Zee liggen. Dan wacht een pittige afdaling en klim in en uit een nauwe zijkloof van de Garganta de l’Infern. Overal langs de route groeien dwergpalmen, de enige endemische palmensoort van het Europese vasteland. Vanaf de ruïnes van de boerderij op de kam la Juveau de Dalt  begin je aan de derde en laatste afdaling van vandaag, naar de bodem van de kloof Barranc de Torts. Een laatste klim over een goed pad brengt je uiteindelijk weer in Benimaurell.

Wandeling 15 km, 770m stijgen en dalen, 6,5 uur.

Na het ontbijt word je naar het tramstation van Gata de Gorgos of van Dénia gebracht, waar je het treintje naar Alicante kunt nemen.