Aankomst op het vliegveld van Faro. Je wordt door een lokale medewerker opgewacht, die het programma van de komende week met je doorneemt en het originele kaartmateriaal overhandigt. Ook zal hij/ zij met je doornemen in hoeverre er interesse is, en er mogelijkheden zijn, om onderweg bij ambachtslieden langs te gaan binnen je programma. Daarna volgt de transfer naar Loulé (30 minuten) en de check-in bij het plaatselijke hotel.

Het levendige Loulé is een van de oudste steden van de Algarve. Het ligt zo'n 12 kilometer van de kust en 16 kilometer van Faro en heeft ruim zestigduizend inwoners. De naam komt van al-'Ulya en dateert uit de tijd dat Loulé een Moorse vestingstad was (tot 1249).

Van Loulé naar Querença. Lengte 12,5 km; duur 4 uur, 550 m stijgen en 270 m dalen.

De route voert noordwaarts de heuvels in, over een pad dat voornamelijk wordt gebruikt door lokale bewoners en boeren. Achter de handgestapelde steenmuurtjes staat het land vol amandel-, vijg-, olijf- en johannesbroodbomen, de vier meest voorkomende boomsoorten van de streek.

Ongeveer halverwege de route, even van het pad af, ligt 'Malhada Velha', een bijzondere karstformatie waarin je met wat fantasie dierenfiguren kunt herkennen. Langs het pad groeien tijm, rozemarijn, lavendel en allerlei andere aromatische planten en kruiden.

Op het hoogste punt (Altura, 357 meter) zie je in de verte al Querença liggen; het fraaie groene decor wordt gevormd door de Serra do Caldeirâo. Je wandelt door een vallei, kruist op het diepste punt de rivier de Mercês, en wandelt vervolgens over een licht stijgende weg het dorp Querença in. Niet alleen bij daglicht, maar ook bij nacht een plaatje als het spierwitte dorpsplein met dito kerkje in lila en groen licht wordt gedompeld.

Rondwandeling vanuit Querença. Lengte: 9 km, duur 3 uur; 250 m stijgen en dalen.

Eerst wandel je door een dal met amandel-, citroen- en sinaasappelbomen, daarna stijgt het pad tussen de huizen van het dorp Adega door. Op weg naar het volgende dorp, Arneiro, lonkt de conisch gevormde Cerro dos Negros (404 meter) al. Langs het pad groeien aloë vera en wilde aardbei.

Nadat je de Ribeira dos Corunchos bent overgestoken stijgt de route in korte tijd van 190 meter naar de top van de Cerro, op 404 meter. De beloning: prachtige uitzichten over de barrocal, de groen begroeide kalkheuvels tussen de kust en het bergachtige achterland. Tussen imposante rotswanden van schist daalt het pad naar Querença. Op het diepste punt steek je de Ribeira dos Corunchos over via grote platte stenen.

Van Querença naar Salir via Fonta da Benéloma. Lengte 13 km, duur 4 uur; 320 meter stijgen en dalen.

Even buiten Querença doorkruist de wandelroute het beschermde natuurgebied Fonte da Benémola, een groen, vochtig dal waar de rivier de Benémola doorheen slingert. Je volgt de schaduwrijke oevers van de rivier, het domein van otters, ijsvogels en zelfs schildpadden. In grote S-bochten klimt het pad het dal uit naar 231 meter hoogte. In de verte zie je opnieuw een berg als de Cerro dos Negros, maar dan het tweelingzusje, gek genoeg met dezelfde naam. Achter de berg zie je, nog vaag, een ruig rotsplateau dat vooral morgen het landschap domineert. Het is de Rocha de Pena, een kalksteenformatie van 479 meter hoog, rijk aan zeldzame bloemen en planten en bijzondere vleermuizen.

Voorbij het gehucht Cerro da Corte voert het pad door een vruchtbaar dal vol olijfbomen, en later ook akkers met amandel- en johannesbroodbomen. In het voorjaar is de bodem plaatselijk bedekt met orchideeën. Via de rand van het gehucht Renda (meer ruïnes dan huizen) voert de route naar Salir, waar ze samenvalt met de officiële Via Algarviana.

Van Salir naar Alte. Lengte 15 km, duur 5 uur; 300 m stijgen en 340 m dalen.

De Via Algarviana loopt westwaarts en voert over oude landpaden tussen kunstig gestapelde steenmuren door. Die muurtjes vormen de grenzen van akkers en zijn gemarkeerd met de initialen van de boeren. In de gecultiveerde valleien liggen nog de oude irrigatiesystemen die de Moren hier ooit aanlegden. Een van de valleien is dicht begroeid, met mediterrane struiken, eikenbomen en wilde bloemen.

Na een steile, maar korte klim naar een topje (330 meter) - uitzicht op Rocha da Pena, nu veel dichterbij! - koerst het pad rechttoe-rechtaan naar Benafim, een landelijk dorp halverwege de route. Het is niet ver meer naar Alte, een van de mooiste en meest traditionele dorpen in de Algarve. Aan de rand vind je een recreatiepark, waar wordt gebaad en gepicknickt. In het dorp zelf zijn vooral de leuke galeries, winkels en de traditionele witte huizen een ommetje waard. Ze zijn gestuct met leem; de schoorstenen zijn ware kunstwerken. Hoe groter de schoorsteen, hoe talrijker de pannen (en bezoekers), hoe rijker de bezitter.

Van Alte naar San Bartelomeu de Messines. Lengte 20,5 km, duur 6 uur; 310 m stijgen en 390 m dalen.

Ook vandaag voert de route langs amandel-, vijg-, olijf- en carobebomen, maar ook door dorpen en gehuchten als Perna Seca en Torre, waar vooral Engelsen de ooit leegstaande woningen hebben betrokken. Het pad komt door de fraaie vallei Barranco do Vale. Daarna verandert het bruinrood van de bodem in paarsrood (zoals de zuilen van de kerk in San Bartolomeu de Messines) en is niet alleen de kurkeik weer te zien, maar staan in de berm ook manshoge heide en mirte. Dicht bij Portela de Messines (met cafeetje) kruist de route enkele grote wegen en voert vervolgens langs kolossale sinaasappelboerderijen.

Een avontuurlijk paadje langs een wild stromend riviertje vormt het sluitstuk van de route voordat je San Bartolomeu de Messines bereikt, een werkstadje met alles erop en eraan, van bank en bakker tot station en museum.

Van Messines naar Vale Fuzeiros. Lengte 14,5 km, duur 4 uur; 210 m stijgen en 230 m dalen.

De route voert via enkele oude straten de stad uit. Hier en daar zie je de kenmerken van de traditionele bouwkunst, zoals het gebruik van de paarsrode aarde (onder andere de zuilen van de kerk, vlakbij Café Academico). De route kruist het treinspoor en komt al snel in de heuvels en de Arade-vallei. Kurkbossen en de wit-bloeiende steviaplanten zijn alom aanwezig. Het pad voert hoog bovenlangs de oevers van de Arade-rivier. Opvallend zijn de grillige oevers en de landtongen die elkaar lijken te verdringen. Je wandelt enkele kilometers over dit hooggelegen, grotendeels schaduwloze pad dat uiteindelijk uitkomt bij de Funcho-dam.

Hier net voor, bij een picknickplek halverwege het officiële traject naar Silves, eindigt de wandeling. Je wordt hier opgehaald en overnacht in Vale Fuzeiros (ongeveer 5 km wandelen bergafwaarts over een stille asfaltweg).

Einde van het arrangement. Je wordt naar de luchthaven van Faro teruggebracht voor de thuisreis (*) of een eventueel vervolg op je verblijf in Portugal.

(*) De transfer kan ook naar een verlengingshotel in Faro zijn. Denk er s.v.p. aan dit aan ons door te geven als je zelf vluchten en/ of een verlengingshotel boekt!